Moe en zonder voorbereiding landen we eind van de middag in Chiang Mai, Noord Thailand. We kopen een taxibon bij een van de loketten op het vliegveld en eenmaal buiten grist een taxichauffeur de bon uit mijn handen, wijst ons een dikke auto aan en zonder ook maar iets te zeggen brengt ie ons naar ons hotel. Bij het betalen geen enkel woord en voor we kunnen controleren of we alles hebben is ie al weg. Welcome to Smiling Thailand! Het is goed gekomen, dus je kunt doorlezen …;-)

Chiang Mai ligt aan de oever van de Ping rivier, in een groene vallei aan de voet van de heuvels en kijkt uit over de bergen in het noorden. Veel toeristen hier huren een motor voor een trekking door het berggebied, dat moet schitterend zijn. Het is een aangename stad doordat de luchtvochtigheid lager is en het afkoelt in de nacht. De entourage en gemoedelijke sfeer maken het af.

Op de hoofdstraten luidruchtig verkeer, veel scooters, tuktuk’s. Af en toe een putlucht; dat komt doordat de riolering afgedekt is met betonnen platen met een kleine uitsparing (om ze eruit te tillen?). Op straat heerlijke eetkraampjes met of zonder tafels en stoelen. Eten op straat is spotgoedkoop: voor een of twee euro heb je al een lekkere maaltijd. Restaurants zijn mínímaal dubbel zo ‘duur’. Of je nu Thais, Koreaans, Taiwannees, Japans of Chinees eet, het is bijna allemaal even lekker.

De markten zijn talrijk en kleurrijk en vol met toeristen. De Hiltons en Meridiens liggen in de buurt van de Ping rivier en daar is het dus de zeedijk van Chiangmai, met night market en de rest. Overal donkere kroegjes en harde muziek, met hun eigen kickbox-arena. Restaurantjes, massagesalons en zoveel schaars geklede Thaise meisjes met mooie lange zwarte haren dat het lijkt of ze uit een kweekvijver komen.

In de stad en buiten de stad, overal zie je Boedha-tempels, Stupa’s en monniken. Mooie draken versieren en bewaken de ingang van de tempels; ze zijn een bezienswaardigheid op zich. Straten vol commerciële kraampjes; ze verkopen hier cadeaus voor de monniken in hun oranje gewaden. Dit heb ik nog niet eerder gezien… emmers vol met spullen in folie verpakt. Souvenirs voor de pelgrims worden in de tempels verkocht en zijn allesbehalve goedkoop. We verbazen ons over het enorme aantal donatieboxen in elke tempel en bij elk beeld, Boedha in lotushouding, een Dewi (moeder van B.), staande Boedha, een Shiva, liggende Boedha, een enkele Ganesh, Boedha met een hand omhoog…

Pelgrims versieren beelden met snippers van goud en zilver, drukken munten in pek, branden kaarsen en wierook, betalen een muntje voor een brandend Boedhavandedag-lampje en doneren geld, veel geld. De monniken studeren, mediteren en zegenen, en voor het onderhoud hebben zij hun mannetjes. Ik heb altijd gedacht dat het Boedhisme puur is, maar hier in Chiang Mai en Doi Suthep zie ik opvallend veel vergelijking met het Rooms Katholicisme…

De consumptiemaatschappij zoals die bij ons bestaat is Thailand niet vreemd. Schreeuwende reclames, grote billboards en enorme shoppingmalls, het is er allemaal. De merken zijn niet goedkoper dan bij ons, maar op de markten en in ‘gewone winkels’ kan je helemaal los als je dat zou willen. Train even in afdingen, dat hoort bij het spel.

We slapen in Sakulchai Place, een hotel met snelle WIFI en zwembad; Fer moet immers ook werken en het zwembad is voor mij. Het is lekker uitrusten zo, met aan de ene kant het koude water en aan de andere kant een kokosnoot met rietje versierd met orchidee.

Kunnen we ook een plan maken voor de komende weken, dat is wel zo handig. Chiang Mai is echt een fijne plek om te wennen en te plannen! Een nadeel: overal randjes en stoepjes, op straat, in het hotel, in restaurantjes, overal overal overal lullige randjes. Dus jurkjes met teva’s… Hoe was het ook al weer met ezels en (s)teen?