Colombia is ongeveer 27 keer Nederland en er wonen heden ten dage meer dan 52.085.168 mensen. Een slordige 11,658 miljoen ervan wonen in Bogotá, op 1587 km2 op 2600 meter hoogte in de Andes.
We vliegen met Avianca. Geen schermpje in de rugleuning van de stoel voor ons, maar via de wifi van het vliegtuig kun je inloggen op een site waarmee je de entertainment op je eigen apparaat kunt bekijken. Laat ik altijd gedacht hebben dat Harry Potter and the Deathly Hallows een kinderfilm was…
We boeken vanaf de luchthaven van Bogota voor twee nachten een goedkoop hostel aan de rand van de wijk Candelaria, pinnen de nodige COP (Pesos) en gaan op pad met een gele taxi. Dan weet je dat je voor een vaste prijs netjes wordt afgezet… want natuurlijk heeft de beste man te weinig wisselgeld. Het is avond, we zijn hongerig en moe, en hebben even geen behoefte aan gedoe.
Noahs’ Arch blijkt een boutique hostal en ziet er gezellig uit. We krijgen het advies om bij ToroRojo te eten, de favoriete snackbar van de receptionist. De hamburger smaakt prima en Tien kan er zelfs glutenvrij eten: gevulde arepas en patacones. Arepas lijken op pitabroodjes, maar dan van voorgekookt maismeel. Patacones zijn gefrituurde bakbananen, in schijfjes gefrituurd, daarna platgeslagen en nog eens gefrituurd. Het is veel te veel, en we pakken een gevulde patacon in en geven hem aan een dakloze die vuilniszakken aan het doorspitten is op zoek naar eten…
Zo rond een uur of één in de nacht zijn we al weer wakker. Mooi fenomeen, die biologische klok, maar als je 6 uur tijdsverschil te overbruggen hebt, helpt dat niet om uit te rusten. Het lukt gelukkig om de rest van de nacht door te soezelen.
1 november 2024, dag 1 van de Colombia trip.
Vandaag gaan we het héél rustig aan doen. We kopen eerst onze simkaarten, maken kennis met een bedelaar (hola amigo!!!) en gaan dan ‘onze’ wijk en el centro histórico verkennen. Als we gisterenavond 100 meter de andere kant op waren gelopen, dan had onze eerste Colombiaanse maaltijd er toch wat gezelliger uit gezien. We struikelen over de eettentjes en restaurantjes, de een nog gezelliger dan de ander. De drukte en de knoerharde muziek komen direct binnen. Elke straatverkoper vraagt om je aandacht en ook de bedelaars dragen hun steentje bij. Elk eettentje, ook de mobiele variant, heeft zijn eigen muziekinstallatie met luidsprekers naar buiten gericht. “Volume matters” is hier blijkbaar de gedachte.
La Candelaria is, afgezien van het geluidsvolume, echt een sfeervolle wijk, met huizen met prachtige muurschilderingen, veel kunstuitingen en leven.
En het voelt veilig: er is in de toeristische wijken van Bogotá geen gebrek aan politie, leger en privé beveiligers. Ik vergeet mijn Nederlandse simkaart in ons lunchrestaurant. Ze hebben hem keurig apart gelegd. Heel fijn! Dat scheelt tenslotte weer een hoop gedoe als we terug in Nl zijn.
Tien maakt kennis met Fabiola, die heel vakkundig kokosnoten ontwatert en schilt. Het duurt uiteraard even, en tussendoor wordt ook nog een langsrijdende taxichauffeur in zijn auto bediend, maar dan heb je een beker en zak vol. Het gaat er allemaal heel gemoedelijk en kalm aan toe. In de kokosnoot zit een manzanilla, een kleine witte vrucht in de vorm van een kokosnoot. Het appeltje is licht, luchtig, droog en knapperig, smaakt vaag naar kokos en haalt het niet bij het gewone kokosvlees, maar het is heel bijzonder; we wisten niet eens van het bestaan van een manzanilla in de kokosnoot. Op de foto zie je het aangevreten appeltje in de noot.
Gelukkig heeft Tien op het enorme Plaza de Bolivar ook de Kathedraal gevonden en branden er sindsdien elektrische kaarsjes bij het beeld van Maria Inmaculata. Ondertussen tel ik de duiven op het plein…
We lunchen traditioneel Colombiaans: pollo guisado en bandeja paisa. Het ziet er fantastisch uit, is best lekker, en weer teveel… We lopen door straten met koloniale paleizen en herenhuizen. Soms is er doorkijkje naar een weelderige patio. Stemmige kleuren, muurschilderingen. In andere straten worden de mooie onderhouden huizen afgewisseld met vergane glorie, en weer iets verder van het historische centrum wordt het afgewisseld met moderne en na-oorlogse verloederde gebouwen en appartementen. ‘Calles’ kruissen ‘carreros’, op volgorde genummerd. Toch is het moeilijk oriënteren… ligt het aan ons, de jetlag of aan de onduidelijke en/of ontbrekende straatborden?
Ook is het wennen met die valuta; je pint miljoenen en rekent tig-duizend af… De omrekenfactor is grofweg: 5000 COP = 1 Euro. Dus 3 nullen rechts negeren = komma drie posities naar links en dan delen door 5, of vermenigvuldig met 2 en dan delen door 10000, of zo …. Altijd weer moeilijk met een jetlag-wattenhoofd.
Als er heel klein geld teruggeven moet worden en de muntjes zijn op, dan zijn er snoepjes… Geld uit de muur halen gaat goed, maar kost wel wat: de beide banken rekenen kosten, en de valuta wisselkoers is uiteraard niet de beste koers. Geld wisselen doen we voorlopig nog niet. Betalen met een creditkaart gaat vaak prima.
Onderweg komen we langs straatkarretjes die van alles aanbieden, waaronder chicha. Dat is een pre-Colombiaans drankje dat overal en in allerlei kleuren verkocht wordt. Dat wil Tien natuurlijk wel proberen. We duiken een donker biercafeetje in en we krijgen een proefglaasje. Gelukkig maar. Zelfs Tien vond t niet lekker: een soort over-de-top kombucha, dat ruikt alsof het in het bekertje nog steeds aan het fermenteren is. Maar hier lijkt het erg populair, dus het is maar wat je gewend bent.
We eindigen deze eerste rustdag in restaurant Bernabé, dat alleen bakbanaan-gerechten serveert. Lekker! Hier komen we terug!
Morgen naar Tolu!
Goeiemorgen Fer en Tien wat gezellig, zojuist onverwachts in Colombia mijn ontbijt genuttigd
Wens jullie mooie tijden toe!
Goed begin van jullie avontuur.
Toch een heeeleboel kokosnoten gekraakt, maar nog nooit een Manzanilla tegengekomen!
Leuke verhalen! Groet van Petra en van mij.